Hypnotherapie bij kinderen met misselijkheid: de HyENa studie
Het onderzoek
Waarom is dit onderzoek belangrijk?
Functionele chronische misselijkheid (FCM) en misselijkheid als gevolg van functionele dyspepsie (FD) zijn veel voorkomende klachten bij kinderen.FD is een chronische ziekte gekenmerkt door bovenbuikklachten, zoals een volgevoel na de maaltijd, pijn, opgeblazen gevoel, misselijkheid en soms zelfs braken en gewichtsverlies. Er wordt vaak geen aantoonbare oorzaak van de klachten gevonden. Wel is bekend dat er bij kinderen met FD soms sprake is van een verstoorde maagbeweging. De behandeling van patiënten met FCM en FD bestaat meestal uit het uitproberen van verschillende medicijnen tegen misselijkheid en braken. Het nadeel hiervan is dat dit geen genezende behandeling is. Medicatie wordt gebruikt zolang er klachten zijn, waardoor kinderen hier soms jarenlang afhankelijk van zijn.
Bij volwassenen is aangetoond dat hypnotherapie een zeer succesvolle behandeling kan zijn bij FD. In een gerandomiseerde studie waren alle patiënten die hypnotherapie behandeling kregen na 1 jaar klachtenvrij (zonder medicatie). In de controlegroep gebruikte 90% van de patiënten na 1 jaar nog medicatie tegen klachten. De onderzoekers van deze studie deden een studie bij kinderen met FCM, die ook een goed resultaat liet zien. Na behandeling met hypnotherapie was meer dan 80% van de kinderen met misselijkheid klachtenvrij
Wat is het doel van dit onderzoek?
Het effect van hypnotherapie onderzoeken in vergelijking met een standaard behandeling bij kinderen met functionele chronische misselijkheid (FCM) of misselijkheid als gevolg van functionele dyspepsie (FD).
Wat gaan de onderzoekers doen?
Het project is een studie waarbij 6 sessies hypnotherapie (groep A) wordt vergeleken met de standaard medische behandeling door kinderartsen (groep B). 100 kinderen in de leeftijd van 8 tot 18 jaar met chronische misselijkheid (FCM) of functionele dyspepsie (FD) zullen deelnemen. Er wordt gekeken naar het percentage kinderen met meer dan 50% vermindering van de misselijkheidsklachten. Ook wordt het effect van beide behandelingen op kwaliteit van leven, angst en depressieklachten, schoolverzuim en kosten voor gebruik van de gezondheidszorg onderzocht.
Wat zijn de verwachte resultaten?
De verwachting is dat hypnotherapie een vermindering van klachten geeft bij 80% van de kinderen in groep A en 50% van de kinderen met standaard medische behandeling (groep B).
Het eindresultaat
Wordt nog verwacht.
Resultaten van wetenschappelijk onderzoek
Om van een idee tot een toepassing te komen is veel onderzoek nodig. Dit kost tijd. Ook wanneer een onderzoek andere resultaten oplevert dan verwacht, leren we daar veel van. Daardoor is ieder resultaat een stap vooruit.
Projectinformatie
Orgaan: Maag Aandoening: Functionele maagklachten Titel project: Hypnotherapie bij kinderen met misselijkheid: de HyENa studie Projectleider: Marc Benninga Instantie: Amsterdam Universitair Medische Centra – locatie AMC Gestart in: 2017 Looptijd: 3 jaar Status: Bezig
Veelgestelde vragen over wetenschappelijk onderzoek
Kan ik ook meedoen aan dit onderzoek?
In de meeste gevallen werven de onderzoekers hun eigen deelnemers. De meeste onderzoeken in onze database lopen al enige tijd of zijn afgerond. De onderzoekers hebben dan al voldoende patiënten gevonden voor het onderzoek. Je kunt je dat niet meer aanmelden. Over het algemeen werven de onderzoekers zelf nu eigen deelnemers. Als het onderzoek net is gestart is ons advies om de website van het ziekenhuis/instelling in de gaten te houden of contact op te nemen met op te nemen met de contactpersoon van het onderzoek. Dit staat op de site van de onderzoeksinstelling.
Kan ik in contact komen met de onderzoeker?
Wij brengen geen patiënten in contact met de onderzoekers. Het contact dat wij hebben met de onderzoeker is inhoudelijk en verwijzen niet iemand door tenzij de onderzoekers dit hebben aangegeven. Dan is dit aangegeven in de bovenstaande tekst.
Waarom kost onderzoek doen zoveel tijd?
Het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek is een ingewikkeld proces dat vaak meerdere jaren duurt. Wetenschappelijk onderzoek moet zorgvuldig uitgevoerd worden om uiteindelijk conclusies te kunnen trekken. Er bestaan veel verschillende type onderzoeken die allemaal weer zijn voor- en nadelen hebben. Uiteindelijk draagt ieder onderzoek bij aan het verhogen van de kennis over een bepaald onderwerp. Je hebt veel onderzoeken nodig om te kunnen zeggen dat iets betrouwbaar is. En het dus wetenschappelijk is bewezen. Daarom duurt het vaak ook lang voordat nieuwe een behandeling of bepaalde medicatie in de reguliere behandelingen toegepast kan worden.
Ik wil graag meedoen aan wetenschappelijk onderzoek
In wetenschappelijk onderzoek zijn vaak proefpersonen nodig. Dit zijn gezonde mensen of patiënten die vrijwillig meewerken aan een onderzoek naar nieuwe behandelingen of medicijnen.
Deelname aan een wetenschappelijk onderzoek kan gunstig zijn omdat je bijvoorbeeld een nieuwe behandeling krijgt die de klachten kan verminderen of waardoor het mogelijk is om (sneller) beter te worden. Ook voor anderen is deelname waardevol omdat je een bijdrage levert aan onderzoek naar bijvoorbeeld nieuwe behandelingen. Er kunnen ook nadelen zitten aan deelname, zoals risico’s die je loopt omdat het een nieuwe behandeling betreft, eventuele bijwerkingen en de tijd en moeite die je erin stopt.
De Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) zorgt voor de bescherming van proefpersonen die deelnemen aan medisch-wetenschappelijk onderzoek. Op de website van CCMO kun je terecht voor alle belangrijke informatie met betrekking tot het meedoen aan onderzoek.
Daarnaast kun je ook je behandelend arts vragen of hij/zij weet welke onderzoeken er op dit moment lopen voor de aandoening die je hebt. De arts kan je meer vertellen over meedoen aan wetenschappelijk onderzoek en welke onderzoeken mogelijk geschikt kunnen.
Samen strijden
Een gezonde spijsvertering voor iedereen, dat is onze droom. Door zorgtrajecten te verbeteren en projecten mogelijk te maken die zorgen voor een betere kwaliteit van leven. Dat doen we niet alleen, maar samen met artsen, onderzoekers, patiënten, hun familie en vrienden, met donateurs en vrijwilligers.